Een menselijke samenleving begint bij inlevingsvermogen
Waarom empathie de basis is voor rechtvaardig beleid en sterke mensenrechten
Stel je even voor: je wordt wakker in een ander leven. Je weet niet waar, wanneer of in welke omstandigheden. Je weet niet of je rijk of arm zult zijn, gezond of ziek, geboren in een veilige wijk of in een achterstandsbuurt, als vluchteling, als persoon met een beperking, als alleenstaande ouder, als iemand zonder diploma, of als directeur van een groot bedrijf.
Wat voor samenleving zou je dan wensen?
Waarschijnlijk één waarin jij — wie je ook bent — kans maakt op een menswaardig bestaan. Waarin je rechten worden gerespecteerd. Waarin je niet wordt beoordeeld op je afkomst, beperking of pech, maar wordt gezien als volwaardig mens.
Dat is het fundament van een menselijke samenleving: kunnen denken vanuit de ander, en daarop beleid baseren.
Verplaatsen in de ander is geen zwakte, maar kracht
Empathie wordt in het publieke debat vaak weggezet als soft of naïef. Alsof het tegenover ‘verstand’ of ‘realiteitszin’ staat. Maar inlevingsvermogen is juist één van de meest rationele fundamenten voor rechtvaardig beleid. Want hoe rechtvaardig is een samenleving die alleen werkt voor de mensen die toevallig aan de goede kant van de streep staan?
Denk aan armoede in Nederland. Meer dan 800.000 mensen leven onder de armoedegrens — onder wie ruim 220.000 kinderen. Wie zich daarin verdiept, hoort verhalen van ouders die maaltijden overslaan, jongeren zonder geld voor schoolspullen, ouderen die zorg mijden uit schaamte. Als je zelf in zo’n situatie zou zitten, zou je dan willen dat de overheid je als profiteur beschouwt, of als iemand die hulp verdient?
Gelijke kansen, ongeacht je startpositie
Een menselijke samenleving erkent dat niet iedereen aan hetzelfde startblok begint. Sommige mensen krijgen van huis uit stabiliteit, geld, veiligheid en netwerken mee. Anderen beginnen met achterstand — door schulden, ziekte, uitsluiting of ongelijke kansen in het onderwijs.
Juist daarom hebben we een overheid nodig die niet alleen neutraal de regels toepast, maar ook actief probeert de kansen en rechten van iedereen te bevorderen. Niet als gunst, maar als morele verplichting.
📌 Een menselijk beleid zegt niet alleen: “We overschrijden de rode lijn van mensenrechten niet.”
Het zegt: “We streven naar de maximale realisatie van mensenrechten — voor iedereen.”
Mensenrechten zijn meer dan papieren afspraken
In Nederland zien we mensenrechten vaak als iets wat 'in orde is'. Ze staan in de Grondwet, in verdragen. Maar mensenrechten zijn geen abstracte teksten — ze moeten levend worden gemaakt in het dagelijks leven.
Neem het recht op wonen. De Woningwet garandeert geen dak boven je hoofd; dat doen de keuzes van gemeenten, ministeries en woningcorporaties. Maar wanneer betaalbare huurwoningen worden verkocht of te weinig worden bijgebouwd, raakt dat direct de bestaanszekerheid van mensen. Hetzelfde geldt voor het recht op onderwijs, zorg, veiligheid of privacy.
Een menselijke samenleving gaat actief na waar mensenrechten onder druk staan — en handelt daarnaar.
Voorbeeld: het toeslagenschandaal
Het toeslagenschandaal is misschien wel het scherpste voorbeeld van wat er gebeurt als mensen niet als mensen worden gezien, maar als dossiers, cijfers of ‘risicoprofielen’. Duizenden ouders werden jarenlang opgejaagd, gecriminaliseerd en in armoede gestort. Waarom? Omdat niemand zich écht afvroeg: “Wat als ik in hun schoenen stond?”
Het is pijnlijk, maar ook leerzaam. Want het toont hoe beleid — bedoeld om regels te handhaven — volledig kan ontsporen als menselijkheid ontbreekt.
Beleid als morele spiegel
Een menselijke samenleving vraagt dat we ons beleid steeds toetsen aan één simpele, maar fundamentele vraag:
👉 Zou ik dit beleid ook goedkeuren als het mij zou treffen, of mijn kind, of mijn buurman?
Als we die vraag serieus nemen, ontstaat er beleid dat niet alleen wetten toepast, maar ook moreel rechtvaardig is. Dan maken we keuzes die de sterksten aankunnen, maar die ook de zwaksten beschermen.
Van rode lijn naar ambitie
Te vaak behandelen we mensenrechten als een grens die we vooral niet mogen overschrijden. Maar wat als we dat omdraaien? Wat als we mensenrechten niet als ondergrens, maar als ambitie nemen?
-
Dat niemand op straat hoeft te slapen, ook niet in de winter.
-
Dat iedereen toegang heeft tot goede zorg, ongeacht inkomen.
-
Dat discriminatie niet alleen verboden is, maar actief bestreden.
-
Dat kinderen in armoede écht perspectief krijgen op onderwijs, ontwikkeling en geluk.
Tot slot
Een menselijke samenleving begint met verbeelding.
Met het lef om jezelf af te vragen:
“Wat als ik het was?”
En dan niet blijven staan bij dat gevoel, maar het omzetten in keuzes, beleid en politiek die recht doen aan iedereen — ook aan mensen die anders zijn dan jij.
Dat is geen utopie. Dat is wat rechtvaardigheid in de praktijk betekent.
Dat is wat #MenselijkNederland beoogt.
Reacties
Een reactie posten